Vliegvissen op snoek

Naarmate het najaar of de winter nadert wordt de drang om met de vliegvishengel de snoek te gaan belagen steeds groter. Kan dit dan alleen in de winter of herfst? Nee, maar op een één of andere manier zijn dit wel de populaire maanden om deze jongens of big mamma's te pakken zien te krijgen.

Wat hebben we hiervoor nodig?

Hengel
Om op snoek te gaan vliegenvissen heb je wel een stevige vliegenlat nodig. Veelal tussen de Afma 7 t/m 9. Dit is niet alleen van belang om vaak de grote streamers weg te kunnen zetten maar ook om de snoek en dan met name de grotere snoek te kunnen blokken als deze een obstakel nadert (takken, palen in havens etc.)  Belangrijk is wel dat de hengel een snelle actie heeft.

Lijn

Wat voor type lijn heb je nodig bij het vliegvissen op snoek is niet eenduidig te beantwoorden. Er zijn veel verschillende lijnen met ieder een eigen toepassing hebben.

Drijvende lijn (floating): Drijvende lijn, te gebruiken als de snoek zich in het oppervlakte water bevindt of als het water ondiep is!  Daarnaast kunnen we nog de volgende lijnen onderscheiden: Intermediate (langzaam zinkend), Sinking (zinkend) en Fast Sinking (snel zinkend). 

Deze lijnen worden ingezet bij dieper water en als de snoek zich ook dieper bevindt. 

Bij groot open water zal je eerder voor de sinking en fast Sinking gaan. In een polderslootje kan een floating lijn uitstekend werken.

Een nieuwkommer op de markt zijn de Slomo lijnen. Deze zinken net onder de oppervlakte en hiermee zal geen bocht in de lijn worden geblazen door de wind. Met een strakke lijn kan je de vis beter haken. De Slomo is ideaal voor de polder en voor het vissen vlak onder de oppervlakte. 

Leader

De lengte van de leader bij intermediate t/m fast sinking lijnen bedraagt bij mij 1,5 meter. Langer vind ik zelf niet praktisch aangezien ik de (grote) streamers moeilijker weg kan zetten. Dit lukt nog wel bij deze lengte. De dikte van de lijn bedraagt bij mij altijd minimaal 25/100.

Stalen onderlijn of...

Aan de leader dienen we nog wel een stalen onderlijn te bevestigen. Een snoek hoeft geen moeite de doen om een normale onderlijn of leader te laten breken. Een andere mogelijkheid zijn de onderlijnen van Fluorocarbon. Beide zijn kant en klaar te koop of gemakkelijk zelf te maken. Dit laatste is aan te bevelen als je veel op snoek vist. 

Streamers

Hierover is veel te doen en dat zal ongetwijfeld zo blijven. De één gelooft in veel beweging van de streamer terwijl de ander zweert om eerder de contouren en de voortstuwing als uitgangspunt te nemen.

Hierbij wordt de vergelijking gemaakt met de jerkbait vissers. Jerkbaits hebben nauwelijks beweging in vergelijking tot een streamer en er wordt goed op gevangen. Daarnaast krijgen de streamers die veel beweging in het water veroorzaken vaak het verwijt dat ze eerder voor de vliegvisser gemaakt zijn als voor de snoek. Daarin tegen wordt er wel mee gevangen!

Ook bij snoeken kennen we dresseur. Werken vaak op nieuw plekken het eerste jaar de flash streamers nog prima, het jaar daarop vaak niet meer. 

Dit betekent niet dat je hoeft te kiezen. Zorg ervoor dat je zowel beide in je vliegendoos hebt zitten. 

Varieer dus als je op geen tot nauwelijks aanbeten krijgt op een water in het soort streamer.

Kieuwgreep of landingsnet

Het uitgangspunt dient het welbevinden van de vis te zijn om deze na de vangst zo goed mogelijk, onbeschadigd, terug te zetten. Een kieuwgreep is in deze de meeste geschikte manier om dit te bereiken.

Hoef je dan geen landingsnet mee te nemen. Jawel, je zou maar net op een kade staan of op een plek waar je de snoek moeilijk binnen kan halen. Dan biedt een landingsnet toch de voorkeur om deze te gebruiken.

Stripping basket

De snoek dient opgezocht te worden dus je kan behoorlijk wat meters maken op een dag. Daarnaast kan je te maken hebben met verschillende soorten ondergronden met al of geen obstakels voor je lijn. Om je lijn in goede conditie te houden is een stipping basket vaak aan te bevelen.

Handschoenen, pleisters, verbanddoos

Ook al ga je zo nauwkeurig en veilig om met de snoek, het blijft een onvoorspelbare vis. Vooral als je deze vast hebt kan het nog wel gebeuren dat je de snoek met zijn kop kan schudden. Hierdoor kan je niet een scherpe rand of tand raken wat vrijwel meteen een bloeding kan vooroorzaken. 

Er zijn vliegvissers die hiervoor speciale handschoenen hebben aangeschaft om dit te voorkomen. Mocht je niet willen vissen met handschoenen neem dan voor de zekerheid pleisters en\of een verbanddoos mee om een eventuele bloeding te stelpen. Vooral  bij koud weer (koude handen) blijf je handen vaak lang bloeden. 

Verdere handige hulpmiddelen

Arterieklem, bekkenklem en een onthaakmat. Doelstelling voor mij is om de vis zo onbeschadigd mogelijk terug te kunnen zetten. Daarnaast is je eigen veiligheid ook van belang. Vandaar de arterieklem, bekkenklem. Wellicht heb je zie niet nodig maar je zou het maar eens wel nodig hebben.

Tips

- Zoek beschutte plekken op (onder bomen, bij obstakels, bij boten). Hier ligt vaak de snoek verscholen in afwachting van..

- Varieer in de manier van strippen (snel, achtjes of zelfs rolly poly). Stop ook af en toe om daarna de streamer weer binnen te gaan strippen.

- Vooral in de winter, zoek haventjes op waar de witvissen zich bevinden. Hier bevinden de grote big mamma's zich ook.

- De snoek bevindt zich niet op één waterdiepte. Dit varieert en kan in de loop van de dag ook variëren. De vis komt niet naar ons toe dus moeten we de vis opzoeken maar ook de juiste diep. Verschillende soorten lijnen kunnen dus een uitkomst zijn. 

Tight Lines

Hot spots voor de forel

Wat is een hotspot? Simpel gezegd, een hotspot is een felgekleurd aspect van je vlieg, of het nu een oranje thorax op je fazantstaart is, een paar windingen roze draad achter de kop of een geel gedeelte van de buik! Je zou zelfs een oranje kraal kunnen gebruiken om dit effect te verkrijgen. De theorie achter hotspotvliegen is om ervoor te zorgen dat de forel ze ziet. In de drift kan uw kleine donkere nimf slechts een van de tientallen zijn in het foerageergebied van de forel, en hoewel uw vlieg consistent moet blijven met betrekking tot het prooi, heeft u echt iets nodig om de aandacht van de forel te trekken en zich te onderscheiden van de talloze naturals.

Sommigen geloven dat bepaalde kleuren een automatische reactie van de forel teweegbrengen, zoals oranje voor regenbogen en rood voor bruin. Anderen vinden kleur niet zo belangrijk - het is gewoon de implementatie van een kleur die opvalt in de drift, word opgemerkt en laat de andere attributen van de vlieg de deal bezegelen.

De Canadese Bob Bohling is een denkende visser. Hij heeft met veel succes veel tijd besteed aan het bestuderen en vissen op een aantal soorten over de hele wereld, en heeft in de loop der jaren veel tijd besteed aan het experimenteren met Hotspots. Hij gelooft dat fluorescerende kleuren zoals groen, oranje, geel en dergelijke goed tot hun recht komen in kleurend water, en bij het dieper vissen wanneer andere kleuren hun effectiviteit beginnen te verliezen. Paars is een favoriet voor diepe nimfen in meren, omdat het zijn kleur behoudt in het onderste deel van het lichtspectrum.

Bij helder water of op helderdere, blauwe hemel dagen worden subtielere kleuren zoals oranje, helder groen en zelfs lichtblauw. Nogmaals, het idee is om zijn vliegen gewoon te laten opvallen tussen de natuur, en in duidelijkere omstandigheden hoeft men niet zo slim te zijn om dit te bereiken. Het is ook interessant om de grootte van de hotspots op te merken; voor helder blauwe dagen kunnen ze maar een paar draadwikkelingen achter de kraal genoeg zijn, terwijl saai of gekleurd water, de hotspots de gehele thorax, vleugel of zelfs de hele buik van de vlieg kunnen vormen. 

Ter advies 4 kleuren: oranje en chartreuse voor agressieve vissen en donkerpaars, roze en zelfs wit voor schuwe en good educated vissen.

Tight Lines

Wintervoorn stekken

In het artikel, wintervoorn, is een manier besproken om te vissen op de wintervoorn. In dit artikel gaan we verder in op de verschillende locaties waar we de wintervoorn aan kunnen treffen.

Alvorens op de locaties in te gaan is het van belang om een vispas aan te schaffen. Deze kan online besteld worden via de volgende link. Hiermee kan je nog niet overal vissen. Om te zien of en waar je mag vissen is de visplanner een uitstekend hulpmiddel (link). Door een account aan te maken en hier je vispas nummer in te voeren krijgen je exact te zien of en waar je kan vissen. Voor bepaalde wateren of gedeelten hiervan kunnen aparte vergunningen en\of voorwaarden van toepassing zijn. Dit krijg je te zien via deze site of app. Altijd handig en het scheelt je de nodige teleurstellingen of boetes!

De kaarten bij de verschillende locaties kunnen dus afwijken of niet meer actueel zijn. Elk jaar kan de situatie anders zijn. Wederom check de visplanner! 

Visstekken:

• De haven van Sprang-Capelle
• Groningen (stad)
• Leeuwarden
• Zuidlaren
• Beerta
• Oude jachthaven van Drimmelen
• Elburg
• Sneek
• Spakenburg
• Zeewolde
• Harderwijk
• Kampen
• Te ontdekken

De haven van Sprang-Capelle

De haven van Sprang-Capelle staat in verbinding met rivier de Maas via het watertje het Oude Maasje. Voor dit water is een vergunning nodig van de lokale vereniging (2020: zie visplanner). Voorn en grote baars zal je het meeste aantreffen.

Actuele informatie - link -

Terug

Groningen (stad)

In de stad tref je verschillende grachten en kanaaltjes aan die in verbinding staan met het Noord Willems kanaal, het Van Starkenborghkanaal en het Eemskanaal. Je kan en mag verwachten dat de vis de beschutting opzoekt en in de winter de stad in trekt. Gezien het uitgebreide stelsel aan grachten en kanaaltjes is het wel zoeken naar de plekken waar de vis zich exact ophoudt. Je auto parkeren in hartje Groningen kan al een uitdaging op zich zijn!

Actuele informatie - link -

Terug

Leeuwarden

Net zoals in Groningen heeft Leeuwarden een netwerk van kanaaltjes en grachten. Sla de Harlinger Vaart bij de Snekertrekweg niet over! Ook hier parkeren kan een uitdaging zijn!

Actuele informatie - link -

Terug

Zuidlaren

In het Noorden één van de bekendste en daarmee ook de drukste plekken voor de wintervoorn. Een doodlopend kanaaltje waar veel vissen zwemmen in de winter. De witvis uit het Zuidlaardermeer trekt met name dit kanaaltje in de winter in. Gezien de drukte zijn er bijzondere bepalingen van toepassing. Zie hiervoor wederom de visplanner via de volgende link !

Actuele informatie - link -

Terug

Beerta

Ook dit water is één van de bekendere plekken in het Noorden. Een klein kanaal met een haventje erbij! Het water hier staat bekend om zijn soms enorm grote voorns, maar ook worden er steeds meer blieken en brasems gevangen. Ook voor dit water zijn bijzondere bepalingen van toepassing link!

Actuele informatie - link -

Terug

Oude jachthaven van Drimmelen

Ook dit water is bekend en populaire plek in het zuiden! Dit heeft er ook voor gezorgd dat er niet overal gevist kan worden of met speciale vergunningen of gedeelten. De visplanner geeft ook hier nadere toelichting en uitleg! 

Actuele informatie - link -

Terug

Elburg

Eén van de bekendste plekken om te vliegvissen maar ook één van de drukste.  Het water staat rechtstreeks in verbinding met het Dronter- en Veluwemeer. De witvis met name de blankvoorn, winde maar ook roofblei en brasem trekken in de winter deze haven binnen.

Actuele informatie - link -

Terug

Sneek

Ook in Sneek komen we veel verschillende kanaaltjes tegen. Goede winterstekken dus die in verbinding staan met de grotere wateren in Friesland als het Sneekermeer en de Fluessen. Plekken waar je goed op de voorn kunt vissen.

Actuele informatie - link -

Terug

Spakenburg

Alleen al het stadje is al een bezienswaardigheid op zich. Oude boten, kleine authentieke winkels en een plek waar de wintervoorn zich graag ophoudt. 

Actuele informatie - link - 

Terug

Zeewolde

Ook in Zeewolde treffen we kleine kanaaltjes aan die in verbinding staan met het grote water. Een bekende plek is de Coophaven. Hier komen de verschillende kanaaltjes bij elkaar. Voorn en windes en verschillende maten en gewichten kan je er aantreffen. Hier is wel een dag vergunning nodig van de plaatselijke visvereniging.

Actuele informatie - link - 

Terug

Harderwijk

Een bekende plek door het Dolfinarium maar dolfijnen tref je er niet aan in de haven. Het is wel de perfecte plek voor de wintervoorn  maar ook windes houden zich hier op in de wintermaanden. In het laatste stukje van de Binnenhaven heb je een vergunning nodig van de plaatselijke visvereniging.

Actuele informatie - Link -

Terug

Kampen

   --------------   LET OP VLIEGVIS VERBOD BURGWAL -------------------------

Kampen, waar de IJssel langs stroomt is een mogelijke plek waar de witvis zich in de winter kan ophouden. 

Actuele informatie - Link -

Terug

Te ontdekken

 

Zoals je uit het bovenstaande kunt opmaken zijn haventjes populair. Vooral op die plekken die gelegen zijn aan groot water of waar verschillende wateren bij elkaar komen. Zeker op stukken die dan dood lopen. Google maps is hierbij een uitermate geschikte tool om op voorhand de mogelijke visstekken te zoeken. Of er vis zit is uiteraard de vraag. Zelf uitproberen is uiteraard het handigst maar je kan het vaak al zien door in het weekend de visplekken te bezoeken om te kijken of er witvissers zitten. Dan weet je genoeg.

Een andere methode is de website te bezoeken van de lokale hengelsport verenigingen en te kijken waar hun de wedstrijden organiseren. Dit zijn ook vaak de hotspots!

Terug

Tight Lines

Leeches oftewel bloedzuigers voor de forel

Bloedzuigers zijn een voedselbron in het dieet van forellen, ze komen vrijwel overal voor en de forel  hoeft er niet veel van te eten om een goede maaltijd te krijgen. 

Je ziet vaak bij vliegvissers grote leeches, soms meer dan 15 cm lang, maar het is vaak de kleinere soort die wordt beschouwd als "micro" -bloedzuigers waar vissen zich consequenter op zullen voeden. Bepaalde tijden en seizoenen meer dan andere, maar bloedzuigers kunnen op elk moment tijdens het open water seizoen effectief zijn.

Drie manieren om met de leech te vissen:

Onder de bung: Leeches hangen soms vast of bewegen zich heel langzaam door het water. Vooral vroeg of laat in het seizoen kunnen de bloedzuigers onder een bung dodelijk zijn. Als er geen briesje is, werkt het prima om je micro bloedzuiger statisch te laten hangen. Als je een beetje wind hebt, kun je een hoek van 45 tot 90 graden vanaf de kant of bellyboot (zelfs in de wind als het licht is) en je vlieg op natuurlijke wijze laten afdrijven zonder te veel speling in de lijn te laten.

Drijflijn - Dit is een opwindende manier om met de leeches te vissen, vooral bij zichtvissen in ondiep water. Pas de lengte van uw leider aan op basis van de diepte van het water, samen met de snelheid van het strippen. Als je merkt dat vissen je vlieg een heel eind volgen maar zich niet toehappen, experimenteer dan met langzamere of snellere strips. Het toevoegen van een aanzienlijke pauze en het laten zinken van de vlieg kan het verschil maken. Deze manier van vissen kan op elk willekeurig moment tijdens effectief blijken te zijn.

Intermediate lijn - Gebruik intermediate lijnen tussen de 0,5  per seconde en 2  per seconde zinken. Deze wijze is erg handig bij het vissen op forel zich ophoudt in een diepere waterlaag. De uitdaging is om de juiste diepte te vinden. Hiervoor is het tellen na het werpen van belang om zo in de juiste waterlaag te komen waar de forel aan het azen is. Dezelfde striptechniek kan worden toegepast als met een drijvende lijn, maar laat de vlieg een kortere tijdsperiode zinken om in de juiste waterlaag te blijven.

Hoe te binden:

Leech patronen

De Nederlandse vliegvisser bestaat niet!

Bron: Erik de Noorman 

De Nederlandse vliegvisser bestaat niet

Vliegvissen kent een vaste kern aan liefhebbers. Je zou dus zeggen dat zij zich als zodanig ook profileren in de internationale vliegvisscene. Maar dat is niet zo. Net als in de politiek kent de vliegvisserij zo’n diversiteit aan partijen dat het onmogelijk is om te beweren dat de Nederlandse vliegvissers tot één en een zelfde groep behoren. Als je het even tegen het licht houdt is er wel een onderscheid te maken. Er zijn trouwens ook nog eens diverse combinaties bekend. Maar bovenal wordt duidelijk dat er geen profielschets te maken is van ‘de Nederlandse vliegvisser’. Het ziet er, met een zeer dikke knipoog naar de realiteit, namelijk ongeveer als volgt uit:

De materiaalfreak

Deze is voornamelijk bezig met zijn materiaal. Reels, lijnen, hengels en vliegen moeten aan de nieuwste criteria voldoen. Ze verslinden brochures, lezen reviews en bezoeken veelvuldig hun favoriete hengelsportzaak en beurzen waar ze uren praten, voelen, buigen en specificaties vergelijken. Zo’n nieuw model hengel kan immers maar net een iets andere actie hebben. Ze zijn dan ook altijd de eersten die er koffie krijgen. Opvallend is dat als ze foto’s van hun vangsten maken dat de merknamen ven het materiaal meestal beter in beeld worden gebracht dan de gevangen vis.

De purist

De puristen hebben zich vastgebeten in wat zij als heilig ervaren. Namelijk het vliegvissen zoals het eeuwen geleden is uitgevonden. Uiteraard met de droge vlieg. Want nimfen, streamers en dergelijke komen er beslist niet aan te pas. Het moet en zal vooral lijken op hoe het toen, in oorsprong, was bedacht. Als het maar klassiek is dus . 't Liefst staan ze in de authentieke Engelse chalkstream en werpen ze, stroomopwaarts, met splitcane of, als het echt niet anders kan, glasvezel. Uiteraard vanaf de kant en niet in een waadpak. Ok, lieslaarzen af entoe. Ze schromen niet om een stropdas te dragen en hun vliegendoos is als een geschiedenisboek. Zij isoleren zich van al de ruimer denkende andere vliegvissers die zij géén echte vliegvisser noemen.

De forumvandaal

Op het internet zijn diverse fora waar vliegvissers onderling van gedachten wisselen over hun hobby. Ook op facebook zie je dat steeds meer. Voor beginners en gevorderden een mooie en interactieve informatiebron. Er zijn helaas ‘vliegvissers’ die zich nestelen op deze fora en er voortdurend negativiteit op spuien. Om het even het onderwerp halen ze de persoon die iets geplaatst heeft, daar een reactie op gaf grof onderuit. Het grootste genot ondervinden ze als dáár ook weer op gereageerd wordt door anderen. Zo kunnen ze een onschuldige topic in no-time veranderen in een droeve aaneenschakeling van niet ter zake doende vuilspuiterij. Op deze fora plaatsen ze overigens zelf nooit een onderwerp waar anderen wat mee kunnen.

De werper

Voor hem geen groter genot dan alle denkbare werptechnieken aan te leren, te verbeteren en te certificeren. Zij verheffen het werpen met de vlieghengel tot een ware kunst en demonstreren dit maar al te graag aan anderen. Een echte werper geniet vaak veel aanzien in de vliegviswereld. Zij geven minder begaafde werpers les, promoten het werpen op beurzen, bezoeken verenigingen, geven workshops en lopen dikwijls rond in overhemden vol met reclame badges. Casting is bijna geen hobby meer maar een specialiteit die veel geduld en oefening vergt. Ze zijn europees en wereldwijd verenigd en houden zelfs wedstrijden. Dat niet alle vliegvissers begenadigde ‘casters’ zijn is een feit. Andersom trouwens ook.

De reiziger

Een bepaalde groep vliegvissers vertrekt graag en regelmatig naar verre bestemmingen. Daar vangen ze uiteraard veel en grote vissen. Die bestemmingen blijven doorgaans lang geheim. Dat is spannend. De reizende vliegvisser investeert veel geld in trips, gidsen en lodges en laten zich graag fotograveren en filmen op hun trips. De ontberingen die ze tijdens die trips ten deel vallen wegen altijd op tegen de resultaten. Althans, dat beweren ze plechtig. Ze zorgen wel telkens voor blaartrekkend mooie verslagen die je dan watertandend kunt lezen in de diverse magazines.

De trendwatcher

Om alle trends te volgen is de trendwatcher voortdurend op zoek naar nieuwe dingen. Het internet is daarin zo overdonderend dat ze er soms nerveus van kunnen worden. Moeten er bijvoorbeeld ineens streamers gebonden worden van een bepaalde fiber dan rusten ze niet voordat ze het in huis hebben en ermee aan de slag te kunnen. Immers enkele vooraanstaande lieden hebben laten zien dat dát materiaal beslist nodig is om resutaten te boeken. Al de andere streamers die ze hadden verdwijnen dan geruisloos buiten beeld.

De twijfelaar

Sommige vliegvissers verdrinken in twijfel. Is het niet te warm? Te koud dan? Of heb ik wel de correcte leader, tipdikte? Sta ik wel op de goede plek? Moet ik niet een net iets lichtere hengel, of juist zwaarder? En dan die verrekte vliegen. Welke moet er aan geknoopt? Droog, nat, nimf ? En hoe groot dan? Zinkt of drijft ie wel genoeg? Is die kleur olive wel goed gekozen? Had ik niet beter eerder kunnen gaan, of later? De twijfelaar beleeft zelden euforische ogenblikken. Door die telkens overheersende twijfel is hij meer bezig met zijn spullen dan met het vliegvissen zelf. Echte twijfelaars zijn zelden te genezen. Ook niet als je ze op sleeptouw neemt. Slechts op héél zeldzame momenten lijken de dingen eens zomaar te kloppen en vangt ook de twijfelaar zijn visjes. Maar dan zijn ze zo overrompeld dat ze zich niet meer kunnen herinneren hoe ze 'm dat nou flikten.

De all-rounder

Een vrij grote groep vliegvissers wil van alle markten thuis zijn. Nou ja, van zoveel mogelijke dan. Ze bevissen tal van soorten op tal van manieren. In het binnenland en, als het zo uit komt ook in het buitenland. Op zoet water en op zout water. Zij bezitten dan ook een breed scala aan hengels, reels, lijnen, vliegen en beheersen een veelvoud aan tecnieken en tactieken. Zonder zich te specialiseren zijn het doorgaans vliegvissers waar hoop van valt op te steken. Niet zelden zijn zij actief in verenigingen omdat ze het ook nog eens leuk vinden hun in de praktijk zeer beproefde kennis en ervaringen te delen. All-rounders stappen in een seizoen vaak naadloos van de ene in de andere, soms totaal verschillende, vliegvisserijen.

De speciman hunter

Niets is groot genoeg voor de speciman hunter. Hij is dan ook voortdurend en uitsluitend bezig om vooral die hele grote vissen te vangen. En natuurlijk aan de vlieghengel. Hij heeft vanzelfsprekend zijn materiaal hier geheel daarop aangepast. Meerval, monstersnoek, tonijn, Kingsalmon, karper, zeebaars, zwaardvis, tarpon enz. staan hoog op de verlanglijst. Maar dan wel graag net iets grotere exemplaren dan eerder bekend gemaakte vissen. Records moeten er sneuvelen. Daarvoor wordt desnoods een hengel in de #14 klasse gebruikt. Dat je daar niet of nauwelijks mee kunt werpen maakt niet uit. Als er maar iets van een streamer aanhangt. Feit is dat ze vreselijk spannende dingen meemaken.

De stekkenpezer

Stekkenpezers nemen zelden initiatief om dingen zelf te ontdekken. Ze stropen internet af naar aanleiding van foto’s die ze hebben gevonden waarop iemand met een mooie vis staat afgebeeld. Ze rusten niet voordat ze via google maps en dergelijke hebben achterhaald waar dat geweest moet zijn en reizen die plekken af in de hoop ook zo’n mooie vangst te scoren. Extreme stekkenpezers rijden met gedimd licht achter andere vissers aan om zo aan de weet te komen waar die vissen. Stekkenpezers geven zelf niet of nauwelijks iets prijs qua stekken maar laten zich gretig met ver uitgestoken armen en enorme handen op geblurde foto’s afbeelden met hun vangsten.

De binder

Er zijn vliegvissers die binden en binders die vliegvissen. De laatste categorie tref je beduidend minder aan het water aan dan die eerste. Zij zitten veel liever achter hun secretaire om er de meest exclusieve en complexe vliegen te vervaardigen. Of het nu full dressed salmon flies, realistisch gebonden steenvliegen of klassieke patroontjes voor het Loch-style vissen, ze draaien er hun hand niet voor om. Ze bezitten een enorme kennis van materialen en weten veel van de afkomst, geschiedenis en ontwikkeling van een bepaalde vlieg. Hun bindmateriaal omvat vrijwel alle denkbare veertjes, haartjes, garens en haken. Ze putten hun informatie uit oude bronnen. Veelal boeken. Maar zij zijn ook vaak innovatief en komen met geniale nieuwe bindsels of verbeteringen van oudere patronen. Op beurzen kun je ze vaak bezig zien. Indrukwekkend mooie dingen maken ze.

De putvisser

Om het hele jaar door forel te kunnen vangen ben je in Nederland wel verplicht je te begeven naar één van de vele forellenputten. Een onaangenaam woord voor een water waar regenboogforel is uitgezet. Er zijn soms ook hele mooie locaties waar dit het geval is. Je treft er specialisten aan die dit soort wateren en de specifieke visserij uit en ten treure beheersen. Met geniaal uitgedachte techniekjes en tactieken weten ze aan een bonte verzameling buzzers, blobs, snakeflies en dergelijke beduidend meer te vangen dan de toevallige passant. In onderlinge wedstrijden wordt er op het scherpst van de snede gevist met vaak verbluffende resultaten. Met meerdere opgetuigde hengels in een geniaal rekje, een grote koffer vol vliegen en toebehoren herken je ze meteen. Er valt veel van ze te leren.

De natuurliefhebber

Deze groep vliegvissers heeft zich afgesplitst en zij voeren hun hobby vooral uit in desolate oorden in binnen en buitenland. Zij kunnen verrukt in het zwerk staren, ontroerd raken van een eend met jongen of het gefluit van een zeldzaam vogeltje. Behalve vliegvissen herkennen ze moeiteloos honderden soorten insecten, vogels, zoogdieren en planten. Dikwijls met hun Latijnse namen. Ze hebben altijd wel een verrekijkertje bij zich en ontmoeten bevers, otters, elanden, beren alsof het niets is. Uiteraard zorgen ze dat er niets vertrapt wordt, sluiten ze hekken achter zich, maken ze geen kabaal, roken en drinken niet, eten mueslikoeken en ze schromen er niet óók andermans afval op te ruimen als ze dat tegen komen.

Picture of the month: July

Werptechnieken

In het voorgaande artikel is de basisworp uitgelegd link.
In de praktijk kom je vaak situaties tegen dat achter je geen op beperkte ruimte is om een normale worp te verrichten. Hiervoor zijn een scale aan werptechnieken beschikbaar. Orvis heeft hiervoor een hele serie ontwikkeld. Bekijk de verschillende werptechnieken:

Werptechniek of Fly Casting

Werpen bij vliegvissen is net als fietsen als je het eenmaal doorhebt weet je niet meer beter. Toch is dit onderdeel lastig of moeilijk aan te leren. Je hebt jezelf niet in beeld waardoor je vaak op je eigen gevoel de techniek aanleert. Eén advies wil ik je al wel geven. Met een beginnerscursus krijg je de techniek sneller onder de knie. Zoek de dichtstbijzijnde vliegvissers club op (link) en informeer naar de mogelijkheden.

Het werpen of fly casting

Om het werpen goed onder de knie te krijgen dien je eigenlijk het woord werpen meteen te vergeten. Je gooit geen werplood weg naar 30 of 50 meter. Dus heftig uithalen is er niet bij. 

Om de maximale afstand met je vliegenhengel te behalen dien je je vliegenhengel en lijn optimaal te laden! De massa van de lijn in combinatie met het momentum van de werprichting laad de vliegenhengel. Houd dit in je gedachten!

Overhead casting

De overhead cast is de meeste gebruikte techniek. Bij alle verenigingen cursussen wordt deze techniek 

als eerste aangeleerd. Deze techniek bestaat uit een achterwaartse- en voorwaartse techniek

Om deze techniek onder de knie te krijgen is het beste om deze gewoon op het droge te oefenen. Zoek een groot grasveld of ruimte waar je tenminste ruimte hebt. Bind op het einde van je leader een klein fel gekleurd pluisje. Hierdoor kan je goed zien hoe de lijn zich ontvouwt.

1. Neem drie hengel lengtes lijn en zorg ervoor dat deze lijn recht voor je komt liggen in een gestrekte lijn.

2.  Breng de hengeltop naar achtereen in een vloeiende beweging en stop de hengeltop als deze ongeveer op 11 uur staat.

   

3.  Kijk over je rug hoe de lijn zich ontvouwt.

4. Net voordat de lijn helemaal recht komt, breng je de vliegenhengel weer naar voren en stop deze op één uur. Kijk naar voren hoe de lijn zich ontvouwt. Je kan deze beweging vanaf punt 2 weer opnieuw maken of als de worp goed is laat je de hengeltop zaken zodat de lijn verder schiet.

Klaar om de vlieg binnen te strippen

Bij het binnenhalen zorg ervoor dat je genoeg lijn nog in het water hebt en dat deze weer recht ligt zodat je vanaf punt 1 weer kan beginnen.

 

Emerger vliegen en patronen

Emerger vliegen

Er treedt nog wel eens verwarring op als men praat over droge vliegen en emerger vliegen. Emerger vliegen zijn feitelijk geen droge vliegen. In het proces Emerger vlieg patronen imiteren levende insectenlarven die bezig zijn in de transformatie naar vliegende insecten. Nymphen stijgen door de waterkolom naar boven en moeten door de waterfilm van het wateroppervlak heen breken.

De waterfilm is dus feitelijk een barrière om doorheen te komen. De emerger moeten moeite doen om hier doorheen te komen. Op dit moment zijn ze het kwetsbaarst. Ze zijn een makkelijke prooi voor de forel en andere vissen.

Wanneer gebruik je emergers?

Emergers gebruik je als je de forel insecten ziet nemen van het wateroppervlakte of tegen het wateroppervlakte aan. Het is dus zaak om de vis te lokaliseren die aan het stijgen is. Of lokaliseer hotspots waar je verwacht dat vis kan stijgen. Vooral bij emerger patronen kan je nog wel eens een stijger afdwingen.

Hoe te vissen met emergers?

Hierin zit het grote verschil. Presentatie is één van de belangrijkste criteria in vangen of niet vangen. Subtiel vissen dus! 

Gebruik bij voorkeur lange leaders (>3 meter) en neem voldoende afstand tot de vis (hoe verder hoe beter). 

Gebruik de waaiertechnique en voorkom drift van de vlieg! In onderstaande filmpje wordt dit duidelijk uitgelegd.

Welke Emerger patronen dien ik gebruiken

Een makkelijk antwoord is hierop niet te vinden. In een eerder geschreven artikel is hier uitleg over gegeven. Link

Advies in deze is om verschillende emerger patronen bij je te hebben in verschillende formaten (14 t\m 18/20). Davi McPail heeft een aantal emerger gebonden waarvan je hieronder een selectie vindt.

Kleine Emgerger: Midge

Haak: Size 16 grub hook

Body: Natural peacock quill

Wing: Natural CDC dubbing

Wing buds: Red CDC feathers

Thread: UTC 70 denier and black Uni thread in 8/0.

Shuttlecock emerger midge pattern

Hook: Kamasan size 16 grub hook

Body: Peacock eye

Head: CDC feathers

Wing buds: Chinese red floss

Thorax: Black seal's fur and peacock glister dubbing

Thread: UTC 70 in black

Bibio emerger pattern

Hook: Kamasan B170 size 12

Body: Black seal's fur dubbing

Legs: Knotted pheasant tail

Thorax: Red seal's fur dubbing

Wing: CDC feathers

Rib: Antron pearl thread

Thread: Uni 8/0 black thread

Allrounder emerger pattern

Hook: Kamasan size 12 B160 short shank wide gape hook

Body: Stripped peacock eye feather quills coated with varnish

Wing: Deer hair and CDC feathers

Head: Brown dubbing

Thorax: Red fox squirrel dubbing

Legs: Knotted pheasant tail

Thread: Black UTC 70 thread and light cahill thread for head

Yellow owl emerger pattern

Hook: Fulling Mill Czech nymph hook

Tail: Coq de leon feathers

Wing: CDC feathers

Rib: Black UTC wire

Thorax: Dubbing blend

Thread: Uni 8/0 light cahill thread

Meer emerger patronen

Tight Lines

Review - Flyrod Nano IM12 10"#2

Op mijn lijstje stond al lang een tweetje in de 10" uitvoering.  Deze speciaal voor de kleine watertjes, de Drentse AA maar ook voor het fijnere peuterwerk. Met het laatste bedoel ik om de vliegenhengel te voorzien met een nymph lijn waarmee de kantjes afgevist kan worden met vliegen met als haakmaatje 20, 22 en 24. Het echt fijnere werk dus.

Daarnaast om op een niet te breed beekje (de Drentse A), om de kopvoorntjes en alvers mee te kunnen belagen. Hierbij gebruik makend van een line indicator en nymphen op de "French style".

Voor een dergelijke hengel heb ik geen honderden euro's over. Wel dient de hengel de vliegen goed te presenteren. Het belangrijkste is echter ook dat de aanbeten van dergelijke "monster" vissen goed gevoeld cq, geregistreerd kunnen worden.

 

Uiteindelijk de juiste hengel gevonden. De vliegenhengel de Nano IM12 10"#2 van amfishingtackle.nl  Link

Een lichtgewicht vliegenhengel van slechts 79 gram!. De hengel komt inclusief een nette en strakke transportkoker. De hengel is voorzien van een Burl Wood Reel Seat!
Een zeer fraaie hengel en dan bekruipt je al snel het gevoel optuigen en gaan! Zo gezegd zo gedaan.
De hengel voelt heel goed aan en werp fantastisch. Zelf een nymphline weet deze goed te laden!
Voor ieder die ultra light wil gaan vissen ........


Tight Lines!

Forel jaagt op damsel flies - Trout hunting on Damsel Flies

Onderstaande video is denk ik één van de populairste video's! Hier gaat de hart van elke vliegvisser sneller van kloppen. Hier krijg je zin om je hengel te pakken, te gaan binden of er op uit te trekken.
Een ander gaat hier stil zitten om naar kijken en te genieten. Dit laatste zal iedereen doen die dit filmpje bekijkt.

Ik zou zeggen geniet van het filmpje en zorg dat het geluid ook aan staat!

En genoten?

Hoe een vliegenhengel samen te stellen

De setup van een vliegenhengel kan er als volgt uitzien:
- Vliegenhengel: Aftma naar keuze
- Reel: Behorende bij de vliegenlijn\aftma keuze
- Backing: De reel wordt eerst opgevuld met backing. Dit is ter bescherming van de vliegenlijn
- De vliegenlijn. Behorend bij de Aftma keuze
- Leader:  Getaperde leader of een leader bestaande uit twee gedeelten. Aan de vliegenlijn een dikkere nylondraad waarna een klein ringetje volgt en hierna een dunnere nylon draad.

Samengevat: Bij een 4 AFTMA vliegenhengel behoort een bijhorende reel (3 a 4 reel) met een corresponderende lijn (4 AFTMA).






Hoe verbinden we nu alles met elkaar?

Backing aan de reel:

De backing  kan aan de reel als volgt worden vastgemaakt


Vliegenlijn aan de backing:
Aan de vliegenlijn zit vaak een lusje. Hiermee kan makkelijk een lus in lus verbinding worden gemaakt. Een lus kan op de volgende wijze gemaakt worden:



Zit er geen lus aan de vliegenlijn dan kan er voor gekozen worden om d.m.v. een nailknot de backing aan de vliegenlijn te bevestigen.





Leader aan de vliegenlijn

Aan de vliegenlijn zit veelal ook een lusje waaraan je de leader kan bevestigen. Hier kunnen we dus ook de lus in lus verbinding toepassen. Zit er geen lusje dan kunnen we hier ook de nail knot knoop toepassen. Een andere manier is als er geen lusje zit om een leaderloop te kopen. Deze zijn bij een vliegviswinkel (veelal webshops) leaderloops te verkrijgen.





Leader \ Nylon lijnen:
Een getaperde leader loopt mooi van dik naar dun. Dit is ideaal met het werpen. De vlieg wordt bijna op een perfecte manier gepresenteerd. Het grote nadeel is dat als je vaak de vlieg verwisseld de getaperde leader steeds een stukje korter word maar ook dikker! Dit laatste is vaak niet gewenst. Daarom gebruiken veel vliegvisser twee verschillende nylon lijnen dikkere lijn bevestigd aan de vliegenlijn en hieraan een dunnere nylon lijn geknoopt. Hier zit vaak een dun ringetje tussen ( Micro Tippet Ring).

Twee verschillende nylon lijnen kan je met behulp van een ringetje aan elkaar vast maken of een lus in lus verbinding.


Een andere mogelijkheid is met behulp van de volgende knoop.





Uiteindelijk kan je dus je vlieg aan de nylon draad bevestigen. De knoop die ik hier zelf voor gebruik is de the Improved Clinch Knot.





Tight Lines

"Single, Double or triple trouble" - Vliegvissen met meerdere vliegen

Jaren was mijn vaste setup één vlieg! Rechttoe rechtaan.
De grote omkeer kwam toen ik begon met het vliegvissen op de wintervoorn. En met succes!

De wintervoorn kan zich in verschillende waterlagen bevinden (dit is niet alleen bij de wintervoorn het geval). De eerste keer dat ik dit hoorde verbaasde me dat. Mijn eerste gedachte was "Stijf tegen de bodem". De eerste vissessie bleek mijn ongelijk. En hiermee werd het nut van een tweede of derde vlieg meteen duidelijk.

Hoe kunnen we de vliegen bevestigen?


Door lussen:

Deze methode gebruik ik eigenlijk alleen bij een drijvende vlieg die ik dan als indicator gebruik.
Hieronder hangen dan één of twee vliegen.










Zijlaan:

Het knopen van één of meer zijlijnen. Deze methode gebruik ik het meest. Het grootte voordeel is dat de hoofdlijn intact blijft. In onderstaande video is duidelijk aangegeven hoe deze te knopen.

Aan het vissen met zijlijn zijn wel een paar spelregels.
- Gebruik als zijlijn dezelfde dikte of dikker nylon.
- Verbind de zwaarste vlieg onderaan je leader. Hierbij, aan de zijlijnen, onverzwaarde of  minder zware vliegen. Dit zorgt ervoor dat je je lijn minder snel in de knoop gooit.

Bij de eerste keren zul je merken dat je je lijn makkelijker in de war gooit. Oefening baart kunst. Na een paar keer zul je merken dat dit ook meevalt.

Tight Lines

Reservoir Fly Fishing Techniques - Vliegvistechnieken voor reservoirs

Hier in Nederland zijn er bijna geen natuurlijke wateren waar forel in voorkomt. Om op forel te vissen zijn we aangewezen op reservoirs (veelal oude zandafgraving putten) of commerciële vijvers in diverse groottes. Mijn persoonlijke voorkeur gaat uit naar natuurlijke omgeving maar dan zijn de mogelijkheden zoals eerder aangeven beperkt. Mij zul je eerder aantreffen op reservoirs als de Ronde Bleek, vliegvisvijver De Berenkuil, Vliegvisvijver Baggelhuizen en de OVM.

Vliegvissen op reservoirs wijkt af van vliegvissen in een natuurlijke omgeving. Hierbij dan ook een Engelstalig artikel over reservoir technieken.

Most reservoir fishing techniques can be grouped into one of the following five methods:
- Dry Fly;
- Buzzers & Nymphs;
- Wet Fly;
- Lure fishing (pulling);
- Booby fishing.

Outlined below are the basics of fishing these methods, including tackle setups and techniques. Each of these methods could, and in some cases have, had their own entire books written about them. Therefore, this piece should be regarded as a basic outlined upon which further learning will be required.

Dry Fly Fishing
This is a basic setup for dry fly fishing:

- Rod: 10ft AFTM 6-7 (Good rods include: enigma MK3, Airflo Airlite Nano, Greys XF2, Guideline LPXe and Orvis Helios 2)
- Line: Snowbee XS Floating Line
- Leader: 5lb – 8lb Sightfree G3 fluorocarbon (good alternative is Riverge Grand Max Fluorocarbon). Consider heavier leaders for reservoirs such as Rutland, where the trout are large and very strong. Finer leaders are required where the fish are line shy and the water is very clear.

Sinkant/ Degreaser: Orvis fullers earth(any fullers earth would be fine)

Floatant/ Gink: Gerkes Gink

Essential flies:
Hoppers – these are good general suggestive dry fly patterns that are excellent for reservoir fishing. They can roughly represent many species including adult buzzers, daddies and hawthorn. These are good dries to try before you know exactly what the fish are really feeding on.

Claret Hopper

CDC dries 

(Ffly and Shuttlecock) – again these flies are generally suggestive of many species, but usually they are tied to represent emerging or adult buzzers.

F-Fly CDC Dry Fly

Shuttlecock CDC Dry Fly

Beatles 

Imitates the natural beatles (e.g. coch-y-bonddu)

Coch-y-Bonddu Beatle

Dung fly – does what it says on the tin! When the trout are on dung flies you can be in for some awesome sport.

Dung FlySedge – predominantly in mid/ late summer. Try scuttling these across the surface on warm evenings.




Sedge

It is a good idea to look at what insects are flying around and in the water, this should give you the first indication of what type of fly to try first – try and match the hatch!

I generally fish two or three dry flies at a time (generally two). With two flies, I use a 16-18ft leader with the dropper half way along. However, if you are a novice you will probably want to use a shorter leader, there is no point in trying to fish too long a leader and ending up with tangles every 5 minutes. If you are just starting out, try fishing a single fly on a 10ft leader. Sometimes a single fly can actually be more effective than multiple.

I would suggest using fluorocarbon not monofilament, and I would recommend degreasing your leader every half hour or so (see my best fluorocarbon post for details on leader materials). By degreasing, I mean rubbing fullers earth on the line to remove the shine and to help sink the leader. It is important that your leader sinks when dry fly fishing, if your leader is on the surface, discerning fish will definitely turn away.

When you are dry fly fishing there are two methods:
1) Casting in a fan (i.e. cast in different directions), dropping your flies on a different patch of water each time, searching for cruising fish;
2) Target and intercept rising fish.

If fish are rising, it is usually worth trying to intercept them. Generally rising fish will be moving up-wind just under the surface, you can confirm which direction they are travelling in when they come to surface. Try and cast your fly 2-3ft in front of the fish, give your line a quick strip to straighten it out and then hold tight and wait for the take… it can be very exciting. Sometimes it can help to twitch the fly just before the fish gets to it. You have to lift into the fish quite quickly, but don’t strike instantly; you usually want the fish to turn back down before you set the hook.

When there is nothing rising, or rising with range, cast in a fan so that your flies are fishing a new patch of water with each cast. Whilst doing this you need to watch your flies in case of a take and at the same time scan the water looking out for moving fish. This can be tricky as you really need to be able to watch two areas at once.

Depending on the hatch that you are imitating you may not need to retrieve the fly much. When fishing beatles and CDC dry flies, I tend to drop them on the water, twitch them a few times and then pick them up and move to a new location. Unless you are targeting a specific fish, you want to be covering as much water as possible. It can be a bit different if you are fishing sedges, these are often very effective twitched or scuttled along the top of the water.

Buzzers & Nymphs
This is a basic setup for buzzer/ nymph fishing:

- Rod: 10ft AFTM 6-7 (Good rods include: enigma MK3, Airflo Airlite Nano, Greys XF2, Guideline - LPXe and Orvis Helios 2)
- Line: Snowbee XS Floating Line
- Leader: 5lb – 8lb Sightfree G3 fluorocarbon (good alternative is Riverge Grand Max Fluorocarbon) Consider heavier leaders for reservoirs such as Rutland, where the trout are large and very strong. Finer leaders are required where the fish are line shy and the water is very clear.Leader: 5lb or 6lb Sightfree G3 fluorocarbon (good alternative is Riverge grand max)

Essential flies

Hares ear nymph



Cruncher




Cruncher




Diawl Bach
Epoxy or superglue buzzers (essential colours: black, olive, claret red)

Black and Red Buzzer

Take a look at this video from David Strawhorn’s youtube channel, this shows you exactly what you are trying to imitate:

I like to fish three buzzers equally spaced on an 18ft 5lb or 6lb fluorocarbon leader. As with the dry fly fishing, if your casting cannot withstand multiple flies on such a long leader simplify to two or even one fly on a shorter leader (at least two is better if you can manage it).

Generally with nymphs and buzzer fishing, you are looking to fish as slowly as possible. A slow figure of eight retrieve is usually the order of the day when fishing buzzers or nymphs. It is good to fish across the wind when bank fishing, this allows your flies to swing around in an arc with the wind. Sometimes no retrieve at all is required. Often when fishing buzzers from a drifting boat, the figure of eight retrieve will just take up the slack line produced by the boat drifting towards the flies, without the flies themselves actually being moved.

The selection of flies will dictate what depth at which you are fishing. For example, with an 18ft leader and 3 heavy epoxy buzzers, you’re point fly can easily be fishing at a depth of 10ft or more below the surface after your flies have been on the water for a few minutes. However, a team of diawl bachs or hares ear nymphs will fish in the top 3ft, unless tied on heavy hooks.

It is important to strike as quickly as possible when fishing nymphs and buzzers. Watch the end of your fly line or your line where it enters the water. Any unusual movements in the line should be lifted into instantly. Sometimes you just see your line stop, when previously it was drifting in the breeze, and sometimes you see the end of your line shoot forward. Keep the tip of your rod about 6 inches above the surface of the water. This keeps you directly in contact with your flies, as oppose to there being a lot of slack in the system if there is a length of line between the tip of your rod and the water’s surface.

Some people like to use strike indicators. These can be good, but can also be annoying when fishing a long leader as they get tangled in the top eye of your rod when landing fish on the point fly. I find that you can detect takes effectively using the methods above. In the past, I have put some gink on the braided leader on the end of my fly line, which makes it float high in the water, thus acting like an indicator.

There are many alternatives to the above setup and fishing method, but this is a great starting point. One quite new method is the washing line technique. This is where a sinking or intermediate lines is used, with a boyant fly on the point (usually a booby) and two or three nymphs or buzzers on the droppers. With this method, when you retrieve the flies they move downwards, before floating back up towards the surface when the retrieve is paused (due to the buoyant point fly). This has the benefit of making the chironomid patterns move upwards in the water column (between retrieve pulls), which is ideal as a representation of the naturals moving towards the surface before emerging (as shown in the above video).

Wet Fly
This is a basic setup for wet fly fishing:
Rod: 10 or 11ft AFTM 6-7(Good rods include: enigma MK3, Airflo Airlite Nano, Greys XF2, Guideline LPXe and Orvis Helios 2)
Line: Snowbee XS Floating Fly Line or Airflo intermediate and sinking lines
Leader: 7lb or 8lb Sightfree G3 fluorocarbon (good alternative is Riverge Grand Max Fluorocarbon)
Essential flies

Bibio


Dabbler (variants)


Soldier palmer


Claret bumble


Claret Bumble Variants
The traditional setup for wet fly fishing is to have three (or more) flies equally spaced on a 15ft leader. Generally the top dropper will have the bushiest/ bulkiest flies, with flies lower down the leader being slimmer. I like to use a double on the point where possible, this makes your flies come through the water at an angle and provides an excellent ‘anchor’when bobing/ dibbling your droppers.

Just to explain, the technique to use when wet fly fishing, is to cast a relatively short line down the wind and retrieve with reasonably fast pulls. When your flies get within c. 20ft of the boat you should lift your rod and skate your droppers slowly across the surface (this is known as bobbing you’re flies). The majority of the takes come either within the first couple of pulls or when bobbing the flies. If you see a swirl around your flies when lifting off, it is often worth dropping your flies straight back on the same patch of water. The fish will often come again and take.

Wet fly fishing is standard technique to use when fishing for wild brown trout, particularly when fishing upland lakes and reservoirs. The majority of the trout fishing on the wilder lochs/ loughs of Scotland and Ireland is done with using wet fly methods.

I would encourage people to try to fish multiple flies as soon as you are capable when wet fly fishing. Traditionally a four fly setup is often preferred, but I believe that three flies is generally fine, with two flies being significantly better than just one. Casting distance really isn’t important with this method. When boat fishing I only cast about 15 yards whilst drifting. When bank fishing, I like to work my way along the margins. Try fishing close in, with short casts, taking a step between each cast.

Lure Fishing (Pulling Lures)

This is a basic setup for pulling lures:
Rod: 10ft AFTM 8 (Good rods include: enigma MK3, Airflo Airlite Nano, Greys XF2, Guideline LPXe, Orvis Helios 2 and Sage One)
Line: Airflo Sinking Lines (clear ridge intermediate, DI3 to DI7 sinkers)
Leader: 8lb Sightfree G3 fluorocarbon (good alternative is Riverge Grand Max Fluorocarbon). Consider heavier leaders (c. 10lb) for reservoirs such as Rutland, where the trout are large and very strong. A 10lb leader is particularly useful if targeting shoals of fish where hooking multiple fish at once is likely.
Essential flies

Blobs


Sparklers


Catswhisker


Dabbler variants


Dabbler Variants
When boat fishing, I like to fish three lures evenly spaced on a 16-18ft leader. If bank fishing, I will often reduce the leader length to 14ft with just two flies. It is best to cast as far as you can (consistently) and vary your retrieve until you find what the fish are looking for. Sometimes the fish want it stripped as fast as possible or ‘rolly pollied’ in, on other occasions the fish prefer a figure of eight.

Generally when using this method you will be catching fish that have been stocked reasonably recently. These fish are very keen on chasing/ following all the way to the boat or bank. If you do not hang or bob your flies the fish will turn away without ever being seen. When fishing DI3 to DI7 lines, I hang the flies, fishing intermediates and floaters I will bob the flies. The key thing is to give the fish as long as possible to take the fly.

When you are bobbing your flies, try to get your rod up as high as possible and start dibbling your flies as far away from the boat/ bank as possible. Bob the top dropper first then gradually work down and bob the second dropper. You will often get takes on the lower flies when skating the flies further up the leader.

Similar methods should be used when hanging your flies. I like to hang the flies so that the top dropper is about six foot below the surface of the water. Pause for about 10-20 seconds and then bring the flies up in an ark by lifting your rod, then hold the flies again with the second dropper about six foot down. As with bobbing you fly, you will often get takes on the flies lower down the leader when hanging the top flies. You will get very subtle rattly takes, which should generally be struck early.

Look out for fish moving on the surface. If you can intercept a fish they will often turn and chase your flies if you strip them quickly. This is exciting as you will see a bow wave behind your flies.

When pulling lures, it can pay to vary your fly line and retrieve before changing your flies. It is often the depth and speed of retrieve that is crucial.

Booby Fishing
This is my basic setup for pulling lures:
Rod: 10ft AFTM 8 (Good rods include: enigma MK3, Airflo Airlite Nano, Greys XF2, Guideline LPXe, Orvis Helios 2 and Sage One)
Line: Airflo Sinking Lines (clear ridge intermediate, DI3 to DI7 sinkers)
Leader: 8lb Sightfree G3 fluorocarbon (good alternative is Riverge Grand Max Fluorocarbon).
Essential flies

Cats whisker booby


Candy floss booby


Orange booby


Cormorant booby


Sparkler Booby


Dark Flashy Booby


With regard to flies, you really need a selection of boobies in all colours and a range of sizes.

The ‘traditional’ way to fish a booby is to twitch the flies back across the bottom of the reservoir/ lake on a high density sinking line. My favourite line for booby fishing is the Aiflo forty plus DI7. Sometimes it can be useful to have a DI8 line, which will sink even faster.

The original booby method is to use a single fly on a very short leader (around 3ft), so that the fly is kept very close to the bottom. These days, I often fish 2 or 3 mini boobies. This will allow you to fish at various depths, with the fly closest to the line being deepest and the point fly being higher in the water column.

The flies will descend when being pulled and ascend when paused, due to the buoyancy of the flies. This gives the flies a brilliant action. Try doing 3 or 4 fast pulls followed by a pause of 20 seconds or so. Fish will sometimes take as the fly starts to float upwards during the pause. These takes translate up the line as rattles, which should be struck quickly to avoid the fish swallowing the fly.

An alternative to the sticato retrieve described above, is to use a slow figure of eight, this can be very effective. It can pay to put occasional pauses in when using the figure of eight retrieve as well.

Most important of all when booby fishing is to ensure that you always hang the flies as described in earlier sections. Lots of fish take when the fly is being hanged.
Conclusions

I hope the information on this page is useful and helps people catch a few more fish. It is really just a quick run through of the basic methods of reservoir fly fishing used these days. Each of the sections could (and will in future) be the subject of extensive posts in their own right, however this will hopefully provide a good starting point for new comers to reservoir fly fishing.