Bron: Sportvisserij Nederland
De brasem is één van de moeilijker te vangen vis. Ook al komt deze vis overal voor toch blijkt het lastig te zijn om gericht op deze te vissen. Dit neemt niet weg dat ze niet gevangen worden. Zeer zeker, echter dit valt vaker toch wel onder de categorie bijvangsten.
Eén periode van het jaar is echter een uitzondering en dit is de periode voor de paaitijd. Dan verzamelen de mannetjes zich alvast op de paaiplekken. Ze lijken even helemaal niet op die schuwe, slome dweilen die we de rest van het jaar vangen. Ze zijn donker van kleur, vol witte paaiuitslag, en zo energiek als een jonge hond.
Om die reden is een dunne leaderpunt ook af te raden. Niet dunner dan 14/00, zou ik zeggen, anders sla je je vlieg er te makkelijk af. En die vlieg is een niet te kleine, onverzwaarde nimf, haak 10 - 12, met wat glitter en misschien een toefje rood. Gezien worden is nu even belangrijker dan nauwkeurig imiteren. De humeurige heren bijten namelijk eerder uit agressie dan uit honger.
Wanneer deze periode voor de paaitijd is? Dat is de grote hamvraag en als je het weet mag je het zeggen. Het is eerder de kwestie om deze paai plekken te weten of te lokaliseren. De tijd is elk jaar anders. De watertemperatuur schijnt ca. 12° te moeten bedragen bedragen, dus dan komen we ergens in mei of juni uit. Een wandelingetje langs de favorieten plekken is dus op zijn plaats en als het zover is dan vooral: metéén je slag slaan. Want zo'n herensociëteit kan twee weken duren maar ook slechts enkele dagen. En één ding is zeker, zo gauw de brasemdames zich bij het gezelschap voegen is er weinig aandacht meer voor je nimfje...
Als materiaal stelt een goede #4 en een tip van 14/00 fluor carbon je in staat om een brasem netjes uit te drillen. Op de grote rivieren mag dit zelfs een #5 zijn. Een schepnet is wel op zijn plaats want tillen met deze lijndikte is uiteraard uit den boze.
Herkenning
1 Kleine exemplaren kunnen verward worden met de kolblei. Aantal rijen schubben boven de zijlijn, geteld volgens de schuin naar de rugvin gerichte pijl, bedraagt 12-14 (de schub op de zijlijn niet meegeteld).
2 De oogdiameter is kleiner dan de afstand van het oog tot de punt van de bek.
3 De bek is onderstandig en ver uitstulpbaar.
4 Op de zijlijn liggen 51 - 60 schubben.
Verspreiding
Herkenning
1 Kleine exemplaren kunnen verward worden met de kolblei. Aantal rijen schubben boven de zijlijn, geteld volgens de schuin naar de rugvin gerichte pijl, bedraagt 12-14 (de schub op de zijlijn niet meegeteld).
2 De oogdiameter is kleiner dan de afstand van het oog tot de punt van de bek.
3 De bek is onderstandig en ver uitstulpbaar.
4 Op de zijlijn liggen 51 - 60 schubben.
Verspreiding
Een zeer algemene vissoort in het Nederlandse binnenwater in zowel zoet als brak water.
Leefwijze
Leefwijze
Het optimale leefgebied van de brasem biedt zowel ruim, open water waarin de brasem in scholen naar voedsel zoekt als ondiepe, begroeide oeverzones, waar de paai- en opgroeigebieden zich bevinden. Is voor de paai minder afhankelijk van waterplanten dan bijvoorbeeld ruisvoorn of kolblei. Paait van eind april tot midden juni.
Voedsel
Voedsel
Hoofdzakelijk insectenlarven, kleine kreeftachtigen, dierlijk plankton en wormpjes.
Vliegen
hare’s ear nimf, Red Tag met goudkopje, Goudkop Serenpendity,
hare’s ear nimf, Red Tag met goudkopje, Goudkop Serenpendity,